Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

Frederik Willem Maitland

betekenis & definitie

Eng. geschiedschrijver en rechtsgeleerde. * 28 Mei 1850 te Londen, ✝ 19 Dec. 1906 te Las Palmas. Hij was eerst advocaat (1876), maar wijdde zich aan de vergelijkende studie van het recht, vnl. van het oud-Engelsch recht. Hij werd hoogleeraar te Cambridge (1884) en een der beroemdste schrijvers in de rechtsgeschiedenis; zijn werken onderscheiden zich door diepgaande bronnenvorsching en een krachtige, levendige voorstelling.

Werken: o.a. Gloucester pleas (1884); Justice and police (1885) ; Hist. of Engl. law (met F. Pollock, 1895, 21898); Domesday-book and beyond (1897) ; Township and borough (1898) ; Canon law in England (1898): Engl. law and the Renaissance (1901).

Lit.: Smith, F. W. M. (1908); H. Fisher, F. W. M. (1910); Lock (in Dict. of nat. biogr., II, 2). Willaert

< >