Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 25-07-2019

Ezechiël

betekenis & definitie

Ezechiël - zoon van Buzi, geboren uit een voornaam priesterlijk geslacht, werd in 597 met koning Jechonias naar Babylon in ballingschap gevoerd en vestigde zich met vele andere Joden te Tel Abib bij het kanaal Chobar. In het jaar 593 tot het profetenambt geroepen en in hoog aanzien bij zijn volksgenooten, voorspelde hij den ondergang van Jerusalem, vermaande zijn verbannen broeders om in het ware geloof te volharden en troostte hen met het vooruitzicht op de verlossing. Lit.: A.

Van den Bom, Ezechiël (1934). Keulers.Boek Ezechiël, een der profetische boeken van het Oude Testament. Aan de Joden in de ballingschap kondigt de profeet den val van Jerusalem aan, zoowel door symbolische daden als door directe voorspellingen. In eenige hoofdstukken (25—32) zijn vervolgens samengevoegd de profetieën tegen de omwonende volken, die met Gods straffen worden bedreigd. Het laatste gedeelte omvat verschillende visioenen over den heropbouw van het Joodsche volk na de ballingschap.

Het karakteristieke der profetieën van Ezechiël ligt in het symbolisch karakter van de daden, die gesteld, en de visioenen, die door den schrijver gezien worden. De traditie houdt Ezechiël voor den auteur. Ook door de critische richtingen wordt dit over het algemeen gehouden. De tekst van het werk heeft zeer veel geleden in vorm en volgorde.

Lit. : o.a. P. Heinisch, Das Buch Ezechiel übersetzt und erklärt (1923); J. Hermann, Ezechiel übersetzt und erklärt (1924).

C. Smits.

Apocryph van Ezechiël. Waarschijnlijk bestond er in de Oudheid een apocryph geschrift op naam van Ezechiël. Het is verloren gegaan. Het bestaan is gebaseerd op het getuigenis van de Synopsis Ps. Athanasii en op citaten aan Ezechiël toegeschreven bij Clemens van Rome, Clemens van Alexandrië en Tertullianus, die bij Ezechiël niet te vinden zijn. C. Smits.

Lit.: S. Szekely, Bibliotheca apocrypha (1913, 486).

Tempel van Ezechiël, beschreven in Ez.40.1—43.27. In een visioen zag Ezechiël zich verplaatst op een hoogen berg. Op dien berg verhief zich een bouwwerk als een stad. De berg is het Sion van den Messiaanschen tijd. Het bouwwerk is een tempel, gelijkend op den tempel van Salomon, maar in grootscher verhoudingen. De bedoeling van Ezechiël was wel niet om aan te geven hoe de tempel na de ballingschap moest herbouwd worden.

Waarschijnlijker is de schildering bedoeld als symbool van het Messiaansche rijk. C. Smits.

< >