Eolithen - Terwijl men algemeen het bestaan van den mensch aanvaardt van af het Quartair tijdperk zijn er nochtans archaeologen, die, zonder te letten, op de palaeontologie, beweren intentioneel bewerkte en geretoucheerde silexsteenen aan te treffen in de oudste Tertiaire formaties. Ze noemen deze steenen Eolithen, daar zij het gereedschap zijn uit den tijd van het „morgenrood” (Gr.: eoos) der menschheid.
Sommige geleerden spreken zelfs over Eolithische kunst, waarmee ze vuursteenen bedoelen, die min of meer de gestalte gekregen hebben van dieren en menschen en als afgodenbeeldjes vereerd werden. Daar het nu echter bewezen is, dat zuiver natuurlijke oorzaken dit aspect aan de silexsteenen kunnen geven, staan vele deskundigen zeer sceptisch tegenover de veronderstelling, dat er Tertiaire menschen bestaan zouden hebben.
Hun bestaan wordt niet af doend bewezen door de zgn. Eolithen.Lit.: Ebert, Reallexikon der Vorgeschichte (III 1924, s.v.).
De Maeyer.