= in den aanleg (constitutie) gegeven.
1° Exper. psychologie. Bij het vaststellen van oorzakelijke factoren voor het tot stand komen eener lichamelijke of geestelijke ziekte onderscheidt men aldus de endogene van de exogene oorzaken. ➝ Exogeen.
2° Plantk. Plantendeelen ontstaan endogeen, als zij zich ontwikkelen uit de binnenste weefsels van het plantenlichaam en later door de meer naar buiten gelegen weefsels heenbreken, bijv. zijwortels. Daartegenover ontstaan plantendeelen exogeen, als ook de buitenste weefsellagen aan hun vorming deelnemen, bijv. zijspruiten.
Melsen.
3° Geneesk. Endogene reïnfectie. Hiermee wil men aanduiden, dat een nieuw opgetreden tuberculeuze afwijking ontstaan is uit een vroegere min of meer genezen tuberculeuze afwijking bij hetzelfde individu.
4° Geologie, a) Endogene breccie, ➝ breccie, ontstaan door verbrijzeling van gesteenten door tectonische krachten, bijv. langs verschuivingszones. b) Endogene krachten zijn de op ’t aardopp. werkende krachten, die hun oorsprong vinden in het inwendige der aarde. Een juiste genetische indeeling is bij den huidigen toestand onzer kennis niet te geven. Men onderscheidt gewoonlijk naar de uitwerking: vulkanische, aardbevings- en gebergtevormende krachten. Men bedenke, dat hierbij wezenlijk dezelfde oorzaken, slechts gradueel verschillend, in het spel zijn. De e. k. leiden altijd tot versterking van het reliëf der aardoppervlakte; ze werken tegengesteld aan de zwaartekracht, de laatste oorzaak der ➝ exogene krachten.
Jong.
c) Endogene meren-zeeën zijn ontstaan door tectonische verzakkingen, bijv. Bodenmeer, Gardameer, Doode Zee, Roode Zee en de diepe bekkens in de Molukken, zooals de Bandazee.