Afkorting voor dynamo-electrische machine, d.i. een electrische machine, wier veldmagneten electromagneten zijn, bekrachtigd door een stroom, dien de machine zelf voortbrengt (zelfbekrachtiging, remanent magnetisme, dynamo-electrisch beginsel) en waarin mechanische energie wordt omgezet in electrisch arbeidsvermogen, generator, of omgekeerd, motor. Tegenwoordig gebruikt men het woord dynamo uitsluitend voor een generator en dan nog bij voorkeur als deze gelijkstroom levert (→ Gelijkstroommachine; → Generator). [i]v. d.
Well [/i] Dynamometamorphose Dynamometamorphose noemt men, in de geologie, het totaal der veranderingen, die in een gesteente optreden ten gevolge van gebergtevormenden druk. Als uitersten vorm van d. zou men de vorming van wrijvingsbrecciën en mylonieten in de onmiddellijke nabijheid van groote tectonische storingen (overschuivingen) kunnen beschouwen.
Maar gewoonlijk vat men het begrip ruimer, als tegenstelling tot → contactmetamorphose. De groote massa metamorphe gesteenten, die in de oudere gedeelten der aardkorst en in de kern der plooiingsgebergten voorkomen, vat men wel als het product van d. op; deze regionale metamorphose is echter niet wel denkbaar zonder magmatischen invloed, d.w.z. zonder contactmetamorphose.
Het beste scheidt men daarom de regionale metamorphose af van de d., en ziet men hierin uitsluitend die veranderingen, die direct met tectonische verschijnselen in verband staan. Bepalend voor het karakter der d. is de toenemende druk; de mineralen, die gevormd worden, zijn de mineralen, die bij grooten druk stabiel zijn.
Volgens het zgn. principe van Riecke treedt oplossing op de plaatsen van den grootsten druk, hetgeen de vorming van stengelachtige of plaatvormige mineralen bevordert. Reeds gevormde mineralen worden verbogen, duidelijk vooral bij glimmers en veldspaten. of verbrijzeld: kwarts (Kataklase), waarbij nieuw materiaal dan soms de stukken weer aaneenkit.
Fossielen worden uitgerekt en verbogen, insluitsels, rolsteenen e.d. in conglomeraten verbrijzeld. Ten gevolge van het overheerschen van plaat- en stengelvormige mineralen is de textuur van dynamometamorphe gesteenten duidelijk gelaagd: schisteus.
Men spreekt ook wel van dislocatie-metamorphose. Over de producten der d., → Metamorphe gesteenten.Lit.: Grubemann en Niggli, Die Gesteinsmetamorphose (I Stuttgart 21927); L. Milch, Die Gesteinsumwandlung, in: Salomon, Grundzüge der Geologie (Stuttgart 1924). Jong Dynamometer Dynamometer of krachtmeter dient om rechtstreeks een kracht te meten. Twee krachten zijn even groot, als ze een gelijke vormverandering op den d. teweeg brengen. Voorbeelden: de weeghaak (zie afb. 1, stalen veer, in vorm van V of van spiraal); de balans van Jolly (fijne staaldraad, in spiraalvorm opgewonden); de d. van Regnier (zie afb. 2, veer in vorm van ellips), van Poncelet (afb. 3, twee evenwijdige stalen veeren); de hydraulische d., een met olie gevulde doos, die een overmaat van drukking, door een drukkracht teweeggebracht, in een manometer aanduidt. In den registreerenden d. meet men graphisch de spanning van een veer.
Voor d. in de experimenteele psychologie, → Experimenteel psychologie. Wouters Dynamometerwagen Dynamometerwagen wordt gebruikt voor het beproeven van locomotieven of motorwagens en voor het meten van den treinweerstand onder den rit. Toestellen, in den d. geplaatst, meten trekkrachten, snelheden, versnellingen en arbeid, door de krachten verricht. De d. is normaal met den trein gekoppeld; bovendien zijn tusschen den d. en de locomotief of motorwagen slangen en electrische snoeren aangebracht voor het in werking brengen van instrumenten om spanning en temperatuur te meten in de voornaamste organen der machines en voor analyse der verbrandingsgassen.
In den d. wordt een breede papierband langzaam van een wagenas uit bewogen; op het papier teekenen de schrijfpennen der toestellen de uitkomsten automatisch op.
Lit.: J. Doyen, Bulletin du Congres des chemins de fer (1909) ; prof. Nordmann, Organ für die Fortschritte (1926); ir. P. de Gruyter en ir. Pont, Spooren tramwegen (resp. 1929 en 1983); Place, Revue générale des chemins de fer (1933).1 Ch. Bongaerts Dynamotor Dynamotor is een electrische machine, die gelijktijdig als motor en als generator werkt, bestaande uit een gemeenschappelijk magneetveld en twee van elkaar onafhankelijke ankerwikkelingen.
Aan de eene ankerwikkeling, de motorwikkeling, wordt stroom toegevoerd, terwijl de tweede ankerwikkeling, de generatorwikkeling, stroom levert. De ankerwikkelingen kunnen op een gemeenschappelijke ankerkern of op twee afzonderlijke ankerkernen worden aangebracht met gemeenschappelijke as. De machine wordt meestal gebruikt om gelijkstroom in wisselstroom om te zetten. Mechanisch aangedreven kan zij, als dubbelestroomgenerator, gelijkstroom en wisselstroom leveren. v. d. Well Dynastes → Herculeskever.