De dood kan veroorzaakt worden:
1° door een d. van nature: door uitputting van het organisme of door levensonvatbaarheid ten gevolge van vroeggeboorte;
2° door ziekten, die het gevolg zijn ófwel van een stoornis, in het organisme zelf ontstaan (bijv. stofwisselingsziekten), ófwel het gevolg van een van buiten in het organisme binnengedrongen ziektekiem (bijv. infectie);
3° door uitwendig geweld (bijv. ongeval, verdrinking, verbranding; ook zelfmoord).
De geneesheer moet na den dood een verklaring van overlijden afgeven ten behoeve van den ambtenaar van den burgerlijken stand, waarin de oorzaak van het overlijden wordt vermeld met inachtneming van zijn ambtsgeheim. Bovendien geeft hij nog een verklaring af ten behoeve van de statistiek der doodsoorzaken; deze laatste zonder vermelding van den naam van den overledene.
In België levert de geneesheer slechts een verklaring af, waarin de doodsoorzaak wordt vermeld.
J. Deelen.