Déviation conjugée - (Fr.,=gecombineerde afwijking). Hieronder verstaat men een dwangmatige afwijking van beide oogen en meestal ook van het hoofd naar één kant.
Wanneer, zooals hier, beide oogen een bewegingsstoomis vertoonen in dezelfde richting, spreekt men van een blikverlamming. De oorzaak hiervan is gelegen boven de oogspierzenuwen en hun kernen. Men weet, dat het blikken naar een kant vooral geïnnerveerd wordt vanuit de schors der groote hersenen en wel zoo, dat van de rechter schors de prikkels uitgaan voor het zien naar links en omgekeerd. Afwijking van beide oogen naar rechts kan dan plaats hebben bij prikkeling van de linker schors en bij verlamming van de rechter. De aandoening kan ook de banen, die van de schors naar de oogspierzenuwkernen verloopen, aandoen en dan zal dezelfde afwijking optreden.
Als nu bijv. bij een beroerte er een haard bestaat in de rechter helft der hersenen, zal de linker helft van het lichaam verlamd zijn en zullen de oogen naar rechts afwijken. Men zegt dan, dat de patiënt den haard aankijkt. Bestaat er daarentegen een prikkelingstoestand (zooals bij epilepsie) van de rechter hersenhelft, dan treden er krampen op in de linker helft van het lichaam en zullen de oogen naar links gericht zijn. Ook bij deze toestanden draait het hoofd gewoonlijk in dezelfde richting als de oogen.
Daarnaast komen ook andere, meer ingewikkelde toestanden voor door aandoeningen elders. Over de innervatie van den blik naar boven en beneden kent men de verhoudingen niet zoo precies.
v. d. Sterren.