Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 24-04-2019

Destrée

betekenis & definitie

Destrée - 1° Johannes Josephus, Ned. landschap- en zeeschilder; * 1827, ✝ 1888. Werken zijn o.a. in musea te Amsterdam en Den Haag.

2° Jules Olivier, Belgisch advocaat, letterkundige, aestheet, parlementair- en socialistisch voorman. * 21 Aug. 1863 te Marcinelle. Oud-minister van Kunsten en Wetenschappen, lid van de Kamer der Volksvertegenwoordigers en lid van de Commissie voor Intellectueele Samenwerking van den Volkenbond.

Met enkele vrienden, waaronder E. Van der Velde, E. Brunet e.a., stichtte D. te Brussel de Cercle des Etudiants Progressistes. Hij vestigde zich als advocaat te Charleroi, maakte deel uit van de Association Libérale, stichtte nadien met P. Pastur en J. des Essarts de Fédération Démocratique, vormde met zijn vrienden een aparte kieslijst en werd tot volksvertegenwoordiger verkozen. Stilaan werd de afstand tusschen de Fédération Démocratique en de parlementaire fractie der socialistische Belgische Werkliedenpartij geringer en na korten tijd werd de groep van Destrée door die der socialisten opgeslorpt.

Van D. verschenen talrijke werken van zeer uiteenloopenden, doch vooral van letterkundigen aard. Over sociale aangelegenheden publiceerde hij: samen met van der Velde: Le Socialisme en Belgique (Parijs, Giard et Brière, 1903); in samenwerking met Hallet, Soudan, Janson: Code du Travail (2 dln. Brussel, Larcier, 1924). Van D. is vooral bekend: Introduction à la vie socialiste (Brussel, L’Egantine, 1929).

Kuypers.

3° Olivier-Georges (kloosternaam: Dom Bruno), Belgisch dichter in de Fransche taal; * 10 Aug. 1867 te Marcinelle, ✝ 1920 te Leuven. Maakte met zijn broeder Jules deel uit van de redactie van La Jeune Belgique, waarin zijn eerste gedichten verschenen. Trad, na zijn bekeering tot het Katholicisme in 1898, in het klooster der Benedictijnen en werd onder-prior van de abdij Mont-César te Leuven. Ietwat melancholisch klinken zijn Poèmes sans rimes, Au milieu de chemin de notre Vie en L’Office des Complies (1909), neerslag van een priesterlijk-zacht Christendom.

Willemyns.

< >