Dekker - 1° Jan, Nederlandsch baszanger; * 3 Febr. 1884 in Werkendam; was een leerling van Messchaert en mevr. Noordewier-Reddingius en vestigde zich in 1914 in Utrecht als concertzanger en leeraar.
Vertolkt veel baspartijen in oratoria.
2° Thomas, een der meest vruchtbare en begaafde Engelsche letterkundigen uit den tijd van Shakespeare; * ca. 1572, † ca. 1632. Van zijn leven is zoo goed als niets bekend, behalve dat hij als insolvent schuldenaar meermalen in de gevangenis heeft gezeten. In proza schreef hij realistische en fantastische schetsen en satiren, a.a. The Wonderfull Yeare 1603, Newes from Hell, en The Gulls Horne-booke. Hij heeft geheel of gedeeltelijk meer dan 60 tooneelstukken geschreven; slechts 17 zijn bewaard gebleven, waaronder: Old Fortunatus en The Shoemaker’s Holiday (beide van 1599), Satiromastix (1601), Westward Ho! (1604), Northward Ho! (1605). Uit zijn werken spreken een frissche, blijde geest en een rijk poëtisch gevoel.
Lit.: J. J. Jusserand, The English Novel in the time of Shakespeare (41901); H. V. Routh, in Cambr. Hist. of Engl. Lit. (IV 1909, met volledige bibliogr.); E. K. Chambers, The Elizabethan Stage (III 1923).
Pompen.