Cramer - 1° Gabriel, Zwitsersch wiskundige; * 31 Juli 1704 te Genève, ✝ 4 Jan. 1752 te Bagnols. Hoogleeraar te Genève vanaf 1724.
Werk: Introduction à l'analyse des lignes courbes algébriques (Genève 1750).
Regel van Cramer. Deze geeft de eenig mogelijke oplossing van een systeem van n vergelijkingen:
a11 x1 + a12 x2 + …. + a1n xn = b1 ------------ an1 x1 + an2 X2 + …. + ann xn = bn met n onbekenden, indien de determinant van het syteem a11 a12 …. a1n D = …………….. ongelijk nul is an1 an2 ….ann Elke onbekende is nl. te schrijven in den vorm van een breuk, waarvan de noemer gelijk is aan D, terwijl de teller gelijk is aan den determinant D, waarin de kolom der coëfficiënten van deze onbekende is vervangen door b1, b2, ....., bn. Zijn b1, b2, ....., bn alle gelijk aan nul, dan heeten de vergelijkingen homogeen. In dit geval is dus de eenige oplossing van het stelsel x1= x2 .... = xn= 0 (zgn. nuloplossing). → Rouché.
Lit.: F. Schuh, Lessen over de hoogere algebra (I 1921)
Verriest.
2° Jacobus Joannes, Ned. aartspriester; * 19 Dec. 1744 te Groningen, ✝ 9 Maart 1824 te Amsterdam. Na zijn priesterwijding te Rome (1768), waar hij het doctoraat in de theologie had behaald, was C. achtereenvolgens kapelaan te Alkmaar (1769) en te Amsterdam (’72), pastoor van het Maagdenhuis te Amsterdam (’78), aalmoezenier van Lodewijk Napoleon, protonotarius apostolicus (1809) en aartspriester van Holland en Zeeland (1811). Cramer’s aanpassingsvermogen aan personen en toestanden is hem in de bewogen tijden, waarin hij leefde, zeer te stade gekomen.
Lit.: A. Hensen, in Nieuw Ned. Biogr. Wbk. (I 1911); J. C. v. d. Loos, Gesch. v. h. Seminarie Warmond tot 1853.
de Haas.
3° Joannes Wilhelmus, geneesheer, een der voornaamste organisatoren van de opkomende Katholieke beweging in Nederland in de 19e eeuw, man van buitengewone werkkracht, toewijding en veelzijdigheid. Vooral in zijn jongere jaren stond hij in innig geestesverkeer met Alberdingk Thijm. * 1817 te Amsterdam, ✝ 1884 te Breukelen. Naast mgr. Smits was hij de voornaamste medewerker aan De Tijd in de moeilijke beginjaren te Amsterdam (1846— ’57) en speelde een actieve rol in het herstel der bisschoppelijke hiërarchie (1853). C. was initiatief-nemer of ijverig medewerker op allerlei gebied van het ontwakend Katholieke leven: caritas (Vereeniging van Weldadigheid v. d. Allerh.
Verlosser), onderwijs (Katholiek onderwijzersgenootschap), letterkunde (Vrijdagsche Vereeniging), politiek (Vereeniging Regt voor Allen), internationale berichtgeving (Correspondance de Genève). Hij plaatste hier een pauselijke leening, toen Pius IX door den roof der Kerkelijke Staten van het grootste gedeelte zijner inkomsten beroofd was, en ijverde in samenwerking met ir. T. J. Stieltjes geestdriftig voor de drooglegging van de Zuiderzee. Sinds 1873 belette ziekte hem zich nog verder met het openbaar leven te bemoeien.
Lit.: Albers, Herstel der Hiërarchie in de Nederl. (2 dln. 1903/4) ; Witlox (Kath. Staatspartij II), De Tijd, nr. van 26 Febr. 1884. De talrijke papieren van C., kostbaar voor de geschiedenis v.h. Katholicisme in Nederl., berusten in het archief van het College S.J. te Maastricht.
4° Johann Baptist, componist en klavierspeler; * 24 Febr. 1771 te Mannheim, ✝ 16 April 1858 te Kensington bij Londen. Ging zeer jong naar Londen, waar hij gevormd werd tot voortreffelijk musicus bij zijn vader en later bij Clementi. Van 1832 af woonde C. te Parijs, ging echter omstreeks 1845 voorgoed naar Londen terug. C. was een zeer vruchtbaar componist, schreef veel sonaten, concerten, kamermuziekwerken, études. Al deze werken zijn verouderd en vergeten, behalve de wereldberoemde 84 Etudes op. 100, die tot op den huidigen dag hun groote beteekenis voor het klavieronderricht hebben behouden, niet alleen door het technische materiaal, dat zij geven, maar evenzeer door de muzikale waarde, die zij bezitten. Beroemd is de uitgave dezer Etudes door Hans v. Bülow, voorzien van talrijke, zeer doeltreffende opmerkingen en aanwijzingen.
W. Andriessen.
5° John Anthony, philoloog; * 1793, ✝ 1848. Zwitser van geboorte, was hij prof. in nieuwe gesch. te Oxford. Hij gaf o.a. een geogr. en hist. beschrijving uit van oud-Italië, Griekenland en Klein-Azië.
6° Rie, Ned. illustratrice; * 1887 te Soekaboemi (N.O.I.), gehuwd met den tooneelspeler Ed. Verkade, voor wien zij wel costumes ontwierp. Leerlinge van de Haagsche Academie; maakte vooral naam met het illustreeren van kinderboeken; ook: etsen, teekeningen op perkament en houtsneden.