Corelli - 1° Arcangelo, beroemd violist; * 1653 te Fusignano bij Ravenna, ✝ 1713 te Rome; leerling van G. Benvenuti te Bologna. In 1679 kreeg C. te Rome een plaats in het orkest van het theater Capranica en werd leerling voor compositie van Matteo Simonelli.
Na een tweejarig verblijf in Duitschland keerde hij in 1682 naar Rome terug. C. is de vertegenwoordiger van de klassieke Ital. vioolmuziek en als zoodanig van grooten invloed op alle jongeren, o.a. Abaco en Handel. Hij zocht geen heil in de kunst van dubbelgrepen zooals Baltzer, Strunck en Walther. Als componist sluit hij de lange rij van Ital., die in de 17e eeuw zich bijna uitsluitend tot de solo en triosonates wendden voor strijkinstrumenten met basso continuo. C. is de eigenlijke schepper van het concerto grosso.
Lit.: C. Piancastelli, Fusignano ad A. C. (1914); A. Moser, A. C. und A. Lolli, zwei künstlerische Ehrenrettungen, in Zeitschrift für Musikwiss. (1921); Mare Pincherle, Corelli (1933). Piscaer 2° Marie, Engelsche romanschrijfster, die op het einde der 19e eeuw zeer in de mode was; * 1864, ✝ 1924. Vader was een Italiaan, moeder Schotsch; als kind geadopteerd door C. Mackay, opgevoed in een Fransch klooster. Begon romans te schrijven in 1886 en werd 10 jaren later de meest gelezen schrijfster in Engeland. Zij trof den publieken smaak door haar sentimentaliteit, haar exotische melodramatiek, haar vage anti-Katholieke godsdienstigheid. Met literatuur of kunst hebben haar romans niets uitstaande.
Werken: A Romance of Two Worlds (1836); Vendetta (1886); Barabbas (1893); The Sorrows of Satan (1895); Mighty Atom (1896); Ziska (1897); Boy (1900); The Master Christian (1900); enz. Na haar dood verscheen nog Open Confessions (1925). Pompen Corelstof Katoenen, poreuze stof in gaasbinding, soms afgewisseld met linnenbinding. Dient als eerste huidbedekking.