Cirrocumulus - of schaapjeswolken, tweede soort in de fam. der hooge wolken, zijn witte vlokjes of balletjes, zonder schaduwen, in cirrusachtige laag of bank. Zij zijn in groepen, in rijen of in rimpels gerangschikt. C. bestaan gedeeltelijk uit ijsdeeltjes, gedeeltelijk uit waterdrupjes, bij vriestemperaturen. De wolkenlaag is ongeveer 150 m dik.
C. drijven op een gemiddelde hoogte van 5,5 km. Lager dan 5 km worden zij ➝ altocumulus, waarop zij gelijken. Schaapjeswolken worden soms als een teeken van onvast weer aangezien. De c. ontstaan:
1° bij veraarding van cirrus en cirrostratus;
2° door dynamische afkoeling van het bovengedeelte eener turbulente luchtlaag.
L i t.: Atlas international des nuages (Parijs 1932).
V. d. Broeck.