Chroom - 1° (ook: chromium) scheikundig element, symbool Cr, atoomgewicht 52,01, atoomnummer 24. De naam chroom komt van het Grieksche chrooma, wat kleur beteekent, daar de verbindingen van dit element zich door fraaie kleuren kenmerken. Het is een witglanzend metaal, dat onbegrensd lang aan de lucht houdbaar is. S.g. 6,8, smeltpunt 1580°. Chroom is twee-, drie- en zeswaardig. Met zuurstof vormt het meerdere verbindingen (→ Chroomoxyden).
De onbestendige verbindingen van het tweewaardige chroom noemt men chromoverbindingen; deze zijn in oplossing blauw gekleurd. De verbindingen van het zeswaardige chroom, die veel bestendiger zijn, heeten chromiverbindingen en zijn geel tot rood gekleurd. Het belangrijkste chroomhoudende mineraal is → chroomijzersteen. Zuiver chroom kan gewonnen worden door inwerking van aluminum op chroomoxyde volgens de vergelijking: Cr2O3 + Al2→ A12O3 + Cr2, of door electrolyse van chromizoutoplossingen. Het wordt gebruikt in den vorm van legeeringen (chroomstaal) en voor het langs galvanischen weg verchromen van metalen, waardoor deze roestvrij worden. Vele chroomverbindingen zijn belangrijke verfstoffen. Hackmann.
2° Een aanduiding voor chroomgelooid geitenleder. In alle andere gevallen wordt de herkomst van de huid er bij aangegeven, zooals: schapenchroom, paardenchroom, enz. Dit is waarschijnlijk een gevolg van de omstandigheid, dat het aanvankelijk alleen geitenvellen waren, die volgens de chroomlooiing werden bereid. v. d. Woerden.