Catharsis - (Gr., = zuivering), in de Gr. geneeskunde: zuivering van het lichaam van het overmatig afscheiden van de klieren, hetwelk noodlottig is voor het evenwicht van het organisme. Vandaar in het Pythagorisme, het herstellen van het psychisch evenwicht door de muziek en de wetenschap en van het zedelijk evenwicht door een geregeld leven.
Aristoteles ziet, vlg. de waarschijnlijkste verklaring, in de muziek en in de tragedie middelen om, door het kunstmatig aanvuren van driften als gruw en medelijden, den mensch te zuiveren van de te groote spanningen, die zich anders in het normale leven niet ontlasten. De modernen breiden het begrip c. uit over de geheele kunst. Vlg. de psychoanalyse is de kunst een onbewuste ontlasting van verdrongen voorstellingen en strevingen (vlg. Freud: van sexueelen aard), die zich in symbolische vormen uitdrukken en aldus het psychisch evenwicht herstellen. In de mystieke theologie spreekt men ook van c. als van den trap der versterving en de zuivering van zonden en gebreken.
Lit.: Svoboda, L’Esth. d’Aristote (Brünn 1927 ; lit. over de vele verklaringen van Aristoteles’ leer). De Bruyne.