Bufïonistenstrijd - noemt men den strijd, welke in Frankrijk ontstond bij het optreden van een Ital. opera-buffa-troep met Pergolesi’s „La Serva padrona” en „Maestro di musica” in 1752. Hierdoor kwam het Fr. publiek in kennis met het comische genre, ontbrekende bij de Fr. opera, die uitsluitend een ernstig karakter had.
Bij deze gelegenheid verdeelde het publiek zich in twee partijen: de buffonisten, vóór de Italianen, waartoe o.a. behoorden Rousseau, d’Alembert, Diderot, en de anti-buffonisten, die voor de Nat. opera waren (o.a. Rameau). De Italianen moesten weliswaar na 2 jaar Parijs verlaten met de overwinning voor de anti-buffonisten, maar intusschen was de opera bouffon (opera comique) ontstaan. Reeds in 1752 had Rousseau een werk geschreven in Napolitaanschen trant, nl. Le devin du village, en spoedig volgden andere nabootsingen. Bijzondere verdiensten hadden nog: Danican, Philidor, Duni, Monsigny, Gretry en Gossec.
Lit.: L. de la Laurencie, in Bulletins der Intern. Musik Ges. (Juni-Aug. 1912).
“Piscaer.
”