Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 20-03-2019

Boekbinderij

betekenis & definitie

Boekbinderij - een der oudste ambachten, beoefend door de schrijvers der boeken, ontwikkelde zich in Perzië en Arabië reeds vóór de 10e eeuw tot een zelfstandig beroep. In Europa aanvankelijk kloosterwerk, werd de boekbinderij in de 14e eeuw ambachtskunst.

In verschillende landen kwam de boekbindkunst tot hooge ontwikkeling. In den loop der 19e eeuw begin van den overgang naar industrie, die zich in het begin der 20e eeuw algemeen voltrok. Zij is onderscheiden in de kantoorboekbinderij en de partijwerkbinderij. Eerstgenoemde met opleving van den handel, industrie en scheepvaart sterk uitgebreid, wijzigt zich door invoering van kantoormachines, kaartsystemen en dgl. Losbladige boeken. De partijwerkbinderij heeft het handwerk uitgeschakeld.

De werkzaamheden worden machinaal vlug en beter verricht, waardoor het boek bezit der massa kan worden. Door sierkunstenaars in samenwerking met vaktechnici wordt het uiterlijk verzorgd, zoodat het kunstgevoel bevrediging vindt. Het handgebonden boek bouwt den boekband op aan ieder boek afzonderlijk. Het in partij gebonden boek vervaardigt boekblok en boekband afzonderlijk. Deze werkwijze kan alleen bij zware boeken bezwaar opleveren.

De bewerking der verschillende onderdeelen is machinaal. De versiering der banden door gebruikmaking van verschillende druk-procédé’s past zich aan bij het eenvoudige bewerkingsproces. Tal van boekbinderij-bedrijven in Nederland staan in technische uitrusting en scholing van het personeel in geenen deele bij Duitschland, dat in het begin dezer eeuw in deze den toon aangaf, ten achter. F. v. d. Bom.

< >