Beversluis - 1° M a r t i n u s, Ned. Hervormd predikant. 1856. Emeritus 1930. Woont te Arnhem. Behoort tot de evangelische richting en is spiritist. Is overtuigd van de mogelijkheid van een algemeenen wereldgodsdienst. In 1899 begon hij de uitgave van het tijdschrift „Geest is leven”. In 1911 begon hij de zgn. Eenheidsbeweging, wat leidde tot de jaarlijksche algemeene predikantenvergaderingen.
Werken: o.a. De H. Geest en zijn werkingen volgens de Schriften des H. Testaments (1896) ; Empirische theologie (1898); Het gebied van het geheimzinnige (21905); Spiritualisme en Spiritisme (1909); De eenheidsbeweging, open brief aan alle predikanten (1912). Lambermond.
2° M a r t i e n, letterkundige, 28 Maart 1894 te Barendrecht, munt uit als zanger der natuur, wier beweging hij weergeeft in het rhythme zijner sterk strophische liederen. Omstreeks 1929 stelde hij zijn kunst in dienst der socialistische propaganda en van het pacifisme, en schreef lyriek voor de V.A.R.A.
Werken: Zwerversweelde (1920); Verzen (1922); De Ballade van de vleermuis (1925); Canzonen (1926); Manken van Nimwegen (1928); Liederen van den arbeid (1929); Aanklacht (1930); De Bellenblazer (1932). Essay : De Religie in de Poëzie (1928). — L i t.: Dirk Coster, Nieuwe geluiden. Asselbergs.