Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 18-09-2019

August Adolph Eduard Eberhard Kundt

betekenis & definitie

Duitsch natuurkundige. * 18 Nov. 1839 te Schwerin, ✝ 21 Mei 1894 te Israelsdorf. Onderzocht warmtegeleiding en wrijving in gassen; vooral echter bekend door de naar hem genoemde proef om voortplantingssnelheden van het geluid te bepalen (zie onder). Ter Heerdt Werk: Vorlesungen über Experimentalphysik (1903).

De proef van Kundt kan dienen om de verhouding van de voortplantingssnelheden van het geluid in vsch. gassen te bepalen. Een glazen staaf AB is in het midden vastgeklemd en wordt door strijken met een vochtig lapje longitudinaal in trilling gebracht. Het uiteinde A is voorzien van een kurk, die zich vrij bewegen kan in een golfbuis G, waarin een weinig kurkvijlsel verdeeld is. Bij een bepaalden stand van de kurk K komt de luchtkolom in G in staande trilling. De trillingswijze van de luchtkolom wordt nu aangegeven door het kurkvijlsel; op de plaatsen van de knoopen blijft dit liggen, op de plaatsen van de buiken komt het in heftige beweging; de golflengte in lucht is dus bekend. Doet men de proef achtereenvolgens met vsch. gassen in G, dan kan men de verhouding van de golflengten in die gassen bepalen en, aangezien de frequentie steeds hetzelfde is (deze hangt alleen af van de eigenschappen van de staaf AB), is de verhouding van de snelheden van het geluid in die gassen gelijk aan de verhouding van de golflengten. Reesinck Proeven van Kundt en Warburg.

K. en Warburg (1875) waren de eersten, die experimenteerden op gassen in meer verdunden toestand. Had Maxwell bij drukkingen van 1 tot 1/60 atmosfeer bij de dimensies van zijn apparaten gevonden, dat de wrijvingscoëfficiënt onafhankelijk was van den druk, K. en W. namen bij lageren druk een afname van dien coëfficiënt waar. Als correctie voerden zij de glijding in. Uit hun proeven, die zich uitstrekken over een gebied van 20 tot 0,6 mm kwik bleek, dat de → glijdingscoëfficiënt omgekeerd evenredig is met de dichtheid van het gas. Ook bij de warmtegeleiding van gassen namen zij bij lagere drukkingen analoge afwijkingen waar. Evenals de wrijvingscoëfficiënt bleek de coëfficiënt van warmtegeleiding af te nemen. Beteekent de g lij ding een snelheidssprong, hier vermoedden zij het optreden van een temperatuursprong, welke later door von Smoluchowski (1898) experimenteel aangetoond is.

Lit.: A. Kundt en E. Warburg, Über Reibung und Warmeleitung verdünnter Gase (Pogg. Ann. 155, 1871, 337 en 525 ; 156, 1875, 177). ter Heerdt

< >