Atropine - alkaloïde, voorkomende in vele Solanaceeën, o.a. in de Atropa Belladonna (wolfskers). Het is een kleurlooze, kristallijne, zeer bittere stof; formule C17H23NO3; smeltpunt 115°C; moeilijk oplosbaar in water, goed in aether, alcohol en verdunde zuren.
Voor de bereiding wordt de gemalen Belladonna wortel met alcohol uitgetrokken. Het a. komt in de plant als zoodanig hoogstens in sporen voor. Men treft het aan in den vorm van zijn isomeer, het hyosciamine, dat zich bij de bereiding in a. omlegt. In de geneeskunde wordt a. en a.-sulfaat o.a. gebruikt in de oogheelkunde om zijn pupilverwijdende eigenschappen en tegen asthma. Het is een zwaar vergif. Symptomen zijn verwijde pupil, droge keel, hevige opwinding, die tot woede-aanvallen overgaat; ten slotte volgt een verslapping en zelfs volledig koma.
Li t.: Grafe, Handbuch der organischen Warenkunde (V 2e halfb. 1929); Winterstein-Trier, Die Alkaloïde (21931). Bosch.