Arm - voorste lidmaat bij den mensch (ook wel bij apen), in tegenstelling met het achterste lidmaat been. Aan den arm kunnen onderscheiden worden: opperarm, het bovenste deel, dat met den schoudergordel een kogelgewricht vormt; onderarm, door een scharniergewricht (elleboogsgewr.) met den opperarm geleed; hand, die door het polsgewricht met den onderarm articuleert. zie Skelet.
Voor menschelijke anatomie, zie Ledematen. Willems.
Met den krommen arm gaan is een gebruik, uit Ootmarsum en Zeelst bekend. De vrouwen, die op kraambezoek gaan, dragen geschenken mee onder haar voorschoot en loopen zoo met den krommen arm.
Lit.: Oude Tijd (1871); Tijdschr. voor Noordbrabantsche Geschiedenis,Taal en Letterkunde (2e jg. 1884).
Knippenberg.