Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 21-03-2019

Ark van noë

betekenis & definitie

Ark van noë - Op bevel van God door Noë gebouwd, was een soort schip van vierhoekigen vorm, dat waarschijnlijk op een reusachtig vlot rustte. Zij was 300 el lang, 50 el breed en 30 el hoog.

Zij werd vervaardigd uit het hout van een naaldboom, waarsch. uit dennen- of cypressenhout, en verdeeld in vertrekken, zoodat de dieren van elkander konden gescheiden worden; deze vertrekken waren in drie verdiepingen boven elkander gelegen. Licht en lucht kwamen door een opening of venster, dat zich één el beneden den bovenrand der ark bevond; waarsch. liep deze opening rondom de geheele lengte en breedte. Bovendien werd aan een der zijden een deur aangebracht. zie Zondvloed.

Lit.: J. B. Holzammer, Handbuch zur Biblischen Geschichte (I Freiburg 1925, 143—146). Keulers. Voorstelling in de kunst, in de Catacomben als doos of kast, waarin Noë staat in gebedshouding, opziend naar de duif. In de Wiener Genesis komt de A. voor als afgeknotte pyramide. In Pseudo-Caedmon waarsch. voor het eerst als schip.

Knipping.

< >