Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Gepubliceerd op 04-01-2024

Albert (België)

betekenis & definitie

Albert I van Saksen-Koburg -Gotha, Koning der Belgen. * 8 April 1875 te Brussel als zoon van Philips, graaf van Vlaanderen en van prinses Maria van Hohenzollern-Sigmaringen; neef van Koning Leopold II, tot wiens troonopvolging hij geroepen werd door het schielijk overlijden van prins Boudewijn (+ 1891). Huwde op 2 October 1900 Elisabeth, dochter van Karel Theodoor van Beieren.

De kinderen uit dit huwelijk zijn:

1° kroonprins Leopold, hertog van Brabant, gehuwd met Astrid van Zweden,
2° Karel, graaf van Vlaanderen en
3° prinses Marie-José, gehuwd met den kroonprins van Italië. Prins Albert, door Leopold II van de staatszaken verwijderd gehouden, toonde voorliefde voor sociale en economische studies en ondernam eveneens groote studiereizen, waaronder vooral zijn tochten door het Belgisch Kongogebied (1909) moeten genoemd worden. Hij volgde 19 December 1909 Leopold als koning der Belgen op en legde (hetgeen voor de eerste maal sinds 1830 plaats vond) den eed op de grondwet af in de beide officieele talen, het Fransch en het Nederlandsch. Bij den dreigenden schoolstrijd van 1911 bracht hij door zijn persoonlijke tusschenkomst baron de Broqueville als kabinetsleider aan het bewind en deze bevestigde de zege der Katholieken bij de verkiezingen van 1912. Ook op de militaire hervormingen van 1913, die het Belgisch leger in het vooruitzicht van den dreigenden oorlog versterkten, oefende hij persoonlijk grooten invloed uit, hetzij dat hij de schending van het Belgisch gebied door de Duitsche legers voorzag, hetzij hij hieromtrent uitdrukkelijk was ingelicht, naar men zegt, door koning Carol van Roemenië, zijn oom. Gedurende den grooten oorlog (1914—1918) stond A. aan het hoofd van bet Belgisch leger, waarmee hij van Luik tot naar Antwerpen moest terugtrekken. Hier doorstond hij van 28 Sept. tot 9 Oct. 1914 het beleg en trok zich toen terug achter den IJzcr, met hoofdkwartier te Veurne. Nadat de Duitschers het land ontruimd hadden, kon hij zijn taak als constitutioneel vorst hervatten en werkte hij ijverig mede om de wonden, door den oorlog aan zijn land geslagen, te heelen. Onder de grootste moeilijkheden zijner regeering behoort de Vlaamsche Kwestie. In 1926 werd A. benoemd tot Membre associé van de Académie des Sciences morales et politiques van Parijs; in 1927 gaf hij den stoot tot de stichting van een Nationaal Fonds voor wetenschappelijk onderzoek, dat in korten tijd over meer dan 100 millioen franks beschikte.

L i t.: Roux, Albert I, roi des Beiges (1918); Evelyn Graham, Albert King of the Belgians (1929). Over de rol van den koning tijdens den oorlog zie het fel omstreden boek van generaal Galet, S. M. Ie Roi Albert, commandant en chef devant l’invasion allemande (Parijs 1931 ; de eerste uitgave is in het Engelsch, verschillend van de Fransche).

Elias.

Engeland.

Albert van Saksen-Koburg, prinsgemaal in Engeland. * 1819, + 1861. Zoon van hertog Ernst van Saksen-Koburg-Gotha. Hij trouwde 1840 door tusschenkomst van zijn oom Leopold I van België de Eng. koningin Victoria. Een openbare politieke rol speelde hij niet, doch was van zijn gemalin een geëerd raadgever.

L i t.: F. B. Chancellor, The Prince-Consort (Londen 1931).

V. Houtte.

Monaco.

Albert Honoré Charlesde Matignon G r i m a l d i, vorst van Monaco, heeft zich door zijn oceanographische studiën, vooral door het onderzoek van zeestroomingen in den Atlantischen Oceaan, speciaal den Golfstroom en de diepzeefauna, in ’t bizonder in de Middellandsche Zee en de Noordelijke IJszee, zeer verdienstelijk gemaakt. * 1848, + 1922. Zoon van Karel III van Monaco en Antoinette, gravin de Mérode. Eerst gehuwd met lady Mary Victoria DouglasHamilton, welk huwelijk in 1880 door den paus onwettig werd verklaard; daarna met de hertogin weduwe Alice de Richelieu (geboren Heine), welk huwelijk in 1902 werd ontbonden. Hij trad in 1889 op als regeerend vorst van Monaco en voerde een grondwettig bestuur in. A. diende in zijn jeugd bij de Spaansche, later bij de Fransche marine en deed nadien groote zeereizen met het oog op zijn studiën. Hij richtte voor zijn oceanographisch onderzoek zijn jachten Hirondelle en La Princesse Alice in en bouwde er speciaal de Princesse Alice II en Hirondelle II voor.

De resultaten ervan bracht hij bijeen in het door hem gestichte Oceanographisch Museum te Monaco. Hij bevorderde de vestiging van het Internationaal Ilydrographisch Bureau te Monaco, stichtte het Institut de Palaeologie Humaine te Parijs en, als groot pacifist, het Internationale Vredes-Instituut te Monaco.

Wissmann.

Oostenrijk.

Albert

aartshertog van O o s t e n r ij k, prins souverein van de Zuidelijke Nederlanden, * 15 Nov. 1559 te Neustadt, + 15 Juli 1621 te Brussel. Reeds jong aan het Spaansche hof verbonden, bestemd voor den kerkdijken staat. Op 18-jarigen leeftijd tot kardinaal verheven, wordt hij door Philips II tot aartsbisschop van Toledo en algemeen inquisiteur aangesteld, en daarna belast met de regeering over het pas verworven Portugal. Bij den dood van zijn broeder Emest in 1595 benoemd tot gouverneur over de Nederlanden, welke hij in 1596 betreedt. Zet onmiddellijk den strijd tegen Frankrijk en tegen de opstandige gewesten voort en neemt vsch. belangrijke plaatsen in.

Na den vrede van Vervins, 1598, vermaakt koning Philips II alle rechten over de Nederlanden aan zijn dochter Isabella, welke in den echt treden zou met den van zijn geestelijke verplichtingen ontheven aartshertog A., die slechts de tonsuur, maar geen verdere wijdingen had ontvangen. In Sept. 1599 kwamen de nieuwe souvereinen in het land en werden feestelijk ingehaald, omdat men na de benarde tijden van hun quasi-zelfstandige regeering een verzachting van het Spaansche juk verwachtte. A. zette den strijd tegen het Noorden voort, onderscheidde zich als veldheer, verloor den slag van Nieuwpoort (1600), doch won het beleg van Ostende (1604) tegen Maurits van Nassau. Het Twaalfjarig Bestand (1609—1621) schonk hem gelegenheid zich meer op de regeering van het land toe te leggen. Door het Eeuwig Edict bracht hij eenheid in de wetgeving, bezorgde de codificatie van de stedelijke costuymen, verbeterde den economischen toestand en schonk bijzondere aandacht aan het rijk opbloeiendc kunstleven. Zijn grootste zorg ging uit naar het herstel van den godsdienst, door de oorlogen fel aangetast. Hij bevorderde de ontwikkeling van een meer nationaal kerkwezen.

v. Roosbroeck.

Saksen.

Albert Casimir

hertog van Saksen-T e s c h e n, keurvorst van Saksen, koninklijk prins van Polen en Litauen, gouverneur en kapiteingeneraal van de Oostenrijksche Nederlanden tijdens Maria Theresia en Jozef II, * 11 Juli 1738 bij Dresden, + 10 Febr. 1822 te Weenen, gehuwd met ’s keizers zuster Maria Christina. Belast met de uitvoering van de nieuwe verordeningen, verwittigt hij den keizer in 1787 van de dreigende onlusten en vraagt terugroeping van den gehaten gevolmachtigd-minister Belgiojoso. Schorst voorloopig de uitvoering van nieuwe wetten en tracht de verzoening tusschen keizer en gewesten te bewerken. Begin 1788 terug in de provinciën, doch nu bijgestaan door Trauttmansdorff en generaal d’Alton, verlaat hij deze bij het uitbreken der omwenteling. Na het herstel van de keizerlijke macht, gouverneur tot 1792; hij verlaat het land na de Fransche overwinning bij Jemappes.

v. Roosbroeck.

Albert

Fre de r ik August, koning van Saksen. * 1828, + 1902. Zoon en opvolger (1873) van koning Johan. In 1866 voerde hij de Saksische troepen aan tegen Pruisen en in den Fransch-Duitschen oorlog van 1870 had hij het commando eerst over het Saksische corps, daarna over het Maasleger, dat te Sedan Mac-Mahon verhinderde zich met Bazaine te vereenigen.

L i t.: Hertog Johan Georg van Saksen, Albert, König von Sachsen (1922).

V. Houtte.

Albert

aartsbisschop van Maagdenburg (sinds 1200). + 15 Oct. 1232. In den strijd om het keizerschap, ontbrand in 1198 tusschen den Staufer Philips van Zwaben en den Welf Otto van Brunswijk, koos hij partij voor den Staufer. Na diens vermoording (1208) sloot hij zich aan bij den Welf.

Kocken.

< >