(afgeleid van Gr. monos, alleen) is oorspronkelijk de naam voor de Christen, die uit ascetische overwegingen de eenzaamheid opzocht. De naam ging van deze anachoreten of kluizenaars over op hen, die, van de wereld afgescheiden, een gemeenschappelijk leven leidden (coenobieten).
Het is de eigenlijke naam van de leden der oudere, beschouwende orden, maar wordt ook wel in bredere zin gebruikt voor de leden der bedelorden en latere stichtingen.