Chinees eiland in de Chinese Zee, telt op ca. 8 millioen inwoners (vnl. Chinezen) ruim 85 000 Christenen (1,1 pet.), van wie ca. 1/3 katholiek en 2/3 protestants is.
Na eeuwenlang tot China te hebben behoord, werd het in 1895 aan Japan afgestaan, dat het als kolonie behandelde en in 1942 annexeerde. In 1945 moest Japan het eiland aan China teruggeven.
Thans verblijft er de regering van Nationalistisch China, die zich, na de verovering van heel het Chinese vasteland door de communisten, op Formosa heeft teruggetrokken.De missiegeschiedenis begint er met de bezetting van het noordelijke deel door de Spanjaarden in 1626. Aan het werk van de Spaanse Dominicanen werd echter met de bezetting van het gehele eiland door de Hollanders (1642-1661) een einde gemaakt. Pas in 1859 kon de missie zich er opnieuw vestigen. Onder het Japanse bestuur hadden de Christenen het zwaar. Thans vormen de Katholieken op Formosa slechts een kleine minderheid (ca. 28 000). Hun aantal is in de laatste jaren vooral in het Noorden wel sterk vergroot door de toevloed van een groot getal Chinese vluchtelingen.
In verband hiermee is het kerkelijk bestuur uitgebreid. In 1946 was er maar één apostolische prefectuur, nl. Tai-pei; nu is Tai-pei verheven tot metropolitaan aartsdiocees en daarnaast zijn er 3 andere apostolische prefecturen opgericht. Van protestantse zijde is er van 1865 af gewerkt door de presbyteriaanse zending uit Engeland en Canada. De Presbyteriaanse Kerk van Formosa telt op het ogenblik ruim 50 000 leden.
