omvat het Oostelijk deel van het eiland Hispaniola en telt ca. 2,5 millioen inwoners, die bijna allen katholiek zijn. Kerkelijk is het land ingedeeld in een aartsbisdom en twee suffraganen.
Er zijn slechts 157 priesters, d.w.z. er is 1 priester voor 13 000 gelovigen. Daardoor is het land één der zorglijkste kerkprovincies.
De betrekkingen tussen Kerk en Staat werden in Juni 1954 geregeld door een concordaat met de H. Stoel.De bevolking is voor twee vijfde gedeelte van blanke afstamming, voor twee vijfde gemengd en voor een vijfde negers. De cultuur is nog steeds Spaans georiënteerd, terwijl er zeer veel analfabeten zijn en de sociale situatie er vooral voor geïmmigreerde arbeiders niet gunstig is. De protestantse zending heeft er pas na 1914 enige betekenis gekregen. Slechts 1,5 pct. der bevolking is dan ook protestants.