RYSWYK, een klein Dorp, in Gelderland, in de Neder-Betuwe, aan den Rhijn, of, zo als die rivier hier begint genoemd te worden, de Lek, aan de overzijde van Wijk bij Duurstede. In de Lijst der goederen van de Utrechtsche Kerk, tot welke dit Rijswijk, eertijds, heeft behoord, draagt het den naam van Villa. ’t Onregt leiden zommigen hier uit af, dat het weleer Stads Geregtigheden heeft bezeeten. Want het is bekend, dat verscheiden andere Plaatzen dus geheeten wierden, die klaarblijkelijk dusdanige Geregtigheden niet bezaten. Rijswijk legt in een aangenaamen oord, zijnde omringd van vrugtbaare Koornakkers.
Het heeft eene eigen Kerk en Predikant. Men heeft ’er een Veer over de Rivier. ’Er staat een Heerenhuis, Hoekenburg genaamd.
