Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 30-01-2024

BRANDE, CORNELIS VAN DEN

betekenis & definitie

afkomstig uit het aanzienlijk geslacht van dien naam, ’t welk in de Provintie van Zeeland, sedert langen tijd, bekleed heeft, en nog heden bekleed, de voornaamste eerampten, is beroemd als een Overste van moed en bekwaamheid, waar van hij op de kust van Brazil de doorslaandste blijken gaf. ’s Mans afbeeldzel, door PERSYN in ’t koper gebragt, pronkt met dit bijschrift:

D. ED. MANHAFTE HR. CORNELIS VAN DEN BRANDE,

OVERSTE VAN EEN REGIMENT INFANTERIJ,

En daar onder:



Dit Adelijk gemoed in deugden opgewassen,


Past op geen vijands list nog laat zig niet verrassen.

So bleek dat in Brazil, daar hij den vijand sloegh

Op
Guarapes Berg, en uit den velden joegh.

In de St. Paters of Oude Kerk te Middelburg ziet men zijn wapen, vergezeld van de gewoone eeretekenen.

Op zijne grafzerk leest men:

JONKER CORNELIS VAN DEN BRANDE, COLONEL OVER EEN REGIMENT INFANTERIJ, EN COMMANDANT OVER HET LEGER IN DEN SLAG VAN GAMPARAPES, IN ’T JAAR 1648, DEN 19 APRIL, VAN WEGEN DE GEOCTROIJEERDE WEST-INDISCHE COMPAGNIE, OOCK COMMANDANT VAN ITAMARATA, PAIRABAOS, MARCOE, &c. OBIJT DEN 28 FEBR. 1652.

Zie P. DE LA RUE, Staatkundig Zeeland, p. 142.

< >