Ensie

Al is het praatje nog zo rond toch draait het altijd uit op stront (spreekwoord)
Al kleedt men een ezel in 't satijn, 't zal toch altijd een ezel zijn (spreekwoord)
Al kleedt men een ezel in ’t satijn, ’t zal altijd toch een ezel zijn (spreekwoord)
Al lerende wordt men meester (spreekwoord)
Al ligt de waarheid in het graf, - al wat haar drukt dat moet eraf (spreekwoord)
Al mettertijd komt Jan in de broek en Griet in de rokken (spreekwoord)
Al moet ik er op mijn blote knieën naar toe kruipen (spreekwoord)
Al naar het zich voor doet (spreekwoord)
Al of niet (spreekwoord)
Al ons weten is maar stukwerk (spreekwoord)
Al regende het varkens, Jan-salie kreeg er geen borstels van (spreekwoord)
Al regende het varkens, gij kreegt er geen borstel van (spreekwoord)
Al regende het varkens, je (of: Jan Salie) zou er geen borstel van krijgen (spreekwoord)
Al regende het varkens, je kreeg er geen borstel van (spreekwoord)
Al regent het varkens, Jan Salie krijgt er geen borstel van (spreekwoord)
Al schijnt de hond niet groot te zijn, nog vangt hij wel een machtig zwijn (spreekwoord)
Al sla je me dood (spreekwoord)
Al slapende wordt men niet rijk (spreekwoord)
Al smedende wordt men smid (spreekwoord)
Al snijdt men de hond de staart af, altijd blijft hij een hond (spreekwoord)
Al staat de wereld op haar kop (spreekwoord)
Al sterven de koeien uit de Beemster, dan erf ik nog geen poot (spreekwoord)
Al stond de onderste steen boven (spreekwoord)
Al te goed boek-man, zelden kloek-man (spreekwoord)
Al te goed is andermans bloed (spreekwoord)
Al te goed is buurmans (of: allemans) gek (spreekwoord)
Al te goed is buurmans gek (spreekwoord)
Al te rap, valt van de trap (spreekwoord)
Al te ras breekt de hals (spreekwoord)
Al te scherp maakt schaarden (spreekwoord)
Al te veel is ongezond (spreekwoord)
Al te veel, dat deert de buik; al te hard, dat breekt de kruik (spreekwoord)
Al te voorbarig zijn (spreekwoord)
Al te wijs kan niet beginnen al te zot kan niet bezinnen (spreekwoord)
Al te wijs kan niet beginnen, al te zot kan niet bezinnen (spreekwoord)
Al te wit is gauw vuil (spreekwoord)
Al vallende leert men rijden (spreekwoord)
Al vliegt een vogel nog zo hoog, hij moet zijn kost op aarde zoeken (spreekwoord)
Al wat hij zegt, is geen Evangelie (spreekwoord)
Al wat in het bed wordt gesproken, dient met de lakens toegeloken (spreekwoord)
Al wat men op deez' aarde ziet, - maar de volmaaktheid vindt men niet (spreekwoord)
Al wat men spaart uit de mond is voor de kat of voor de hond (spreekwoord)
Al wat men spaart uit de mond, is voor de kat en de hond (spreekwoord)
Al wat onderling overeenkomt, voelt zich tot elkaar aangetrokken (spreekwoord)
Al wat onze buurman heeft, lijkt ons beter dan wat God ons geeft (spreekwoord)
Al wat toekomend is, is ongewis (spreekwoord)
Al wat van katten komt, is happig naar de muis (spreekwoord)
Al wie zingen zijn niet vrolijk (spreekwoord)
Al zijn geld op één kaart zetten (spreekwoord)
Al zijn hooi is in de schuur (spreekwoord)
Al zijn pijlen zijn verschoten (spreekwoord)
Al zou de onderste steen boven komen (spreekwoord)
Al. (afkorting)
Al. e. (afkorting)
Al.cap. (afkorting)
Ala. (afkorting)
Alarm blazen (spreekwoord)
Alarmerende berichten (spreekwoord)
Alas. (afkorting)
Alaska. (afkorting)
Alb. (afkorting)
Albus an ater sit, nescio (spreekwoord)
Alcae. (afkorting)
Alcm. (afkorting)
Ald. (afkorting)
Aldel (afkorting)
Aldipress (afkorting)
Alea iacta est (spreekwoord)
Alex. (afkorting)
Alfa-ET (afkorting)
Alfa-Romeo. (afkorting)
Alfina. (afkorting)
Alfr. (afkorting)
Alg (afkorting)
Alg. Hbl. (afkorting)
Alg. Rek. (afkorting)
Alg.term.w (afkorting)
Alg.w.binnentr (afkorting)
Alg.w.binnentr. (afkorting)
Alg.w.douane en acc (afkorting)
Alg.w.douane en acc. (afkorting)
Alg.w.rijksbel (afkorting)
Alg.w.rijksbel. (afkorting)
Algema. (afkorting)
Algemene nood maakt vijanden tot vrienden (spreekwoord)
Algro. (afkorting)
Aliam aetatem alia decent (spreekwoord)
Aliena negotia non curare (spreekwoord)
Aliena nobis, nostra plus aliis placent (spreekwoord)
Aliena vitia in oculis habemus, a tergo nostra sunt (spreekwoord)
Alienes gloriare bonis (spreekwoord)
Alienes plumes se ornat (spreekwoord)
Alii sementem faciunt, alii metent (spreekwoord)
Aliis ne feceris, quod tibi fieri non vis! (spreekwoord)
Aliis si licet, tibi non licet (spreekwoord)
Alimpo. (afkorting)
Alintex. (afkorting)
Alis de kalveren op het ijs dansen (spreekwoord)
Aliud est dicere, aliud est facere (spreekwoord)
Alius et idem (spreekwoord)