Bij een groot aantal gewervelde dieren is het voldoende, ze in het vrije veld gade te slaan om ze te kunnen determineren. Andere soorten, zoals gladde slangen, hagedissen (niet bij de staart beetpakken!), padden en veel vissen, moet men vangen en een poosje in een aquarium of terrarium houden om hun gedrag te observeren.
Hierna dient men de dieren beslist weer in hun natuurlijke omgeving terug te zetten. De Nederlandse fauna is dermate verarmd, dat het vangen en verzamelen van dieren een 'luxe' is die wij ons beslist niet meer kunnen permitteren.Van een groot aantal tamelijk tot zeer grote dieren, zoals vogels en zoogdieren, kan men afgeworpen delen als geweien, haar en veren verzamelen. Ook vindt men soms botten van gestorven of gedode dieren.
Onder de ongewervelde dieren komen naast enkele opvallende soorten (zoals dagvlinders, talrijke keversoorten, vliesvleugeligen, tweevleugeligen) zeer veel dieren voor die men normaal gesproken nooit ziet. Om deze onzichtbare, voor de huishouding van de natuur echter vaak uiterst belangrijke dieren te vangen, moet men speciale technieken gebruiken:
