De chinchilla die vroeger in grote kolonies in de Zuidamerikaanse Andes werd aangetroffen, komt nu maar zelden meer voor in zijn natuurlijke omgeving. De hoge prijzen die voor zijn vacht - één van de mooiste van alle dierevellen - werden betaald, leidden tot een niet aflatende jacht op dit dier en in het wild bijna tot zijn uitroeiing.
Het telen van chinchilla’s in gevangenschap werd gedurende een aantal jaren een populaire en winstgevende bezigheid op boerderijen en landbouwbedrijven in Noord-Amerika en Europa. De laatste tijd heeft een daling in de vachtprijzen een grote teruggang in deze activiteit teweeg gebracht. Eén gevolg hiervan is dat chinchilla’s nu beschikbaar zijn voor houders van huisdieren. Een chinchilla is nog steeds duurder in aanschaf dan andere gewone knaag-huisdieren, doch eenmaal gekocht is dit interessante en levendige dier niet duurder of moeilijker in het onderhoud dan een cavia.Chinchilla (Chinchilla laniger).
In het Andes-gebied in Z.-Amerika; 25 cm, de staart niet meegerekend; zachte, dichte vacht, gewoonlijk zilvergrijs maar ook beige, crème of wit; grote, ronde oren; grote ogen; lange snorharen, pluimstaart; levensverwachting 6-7 jaar.
Vacht.
Bij de chinchilla groeien uit een enkel haarzakje verscheidene fijne haren.
Dit maakt de vacht van de chinchilla zo dicht, dat het moeilijk is om de eronder liggende huid te zien.
Gedrag.
Chinchilla’s zijn behendige klimmers en kunnen als huisdier het best in een hoge kooi met takken worden gehouden. Van nature zijn het nachtdieren en ze schakelen niet gemakkelijk over op een dag-routine. Temperatuurverschillen van 4-24° C kunnen ze overleven. Chinchilla's kunnen individueel, in paren of in groepen worden gehouden, doch mannetjes bij elkaar in een kooi gaan vechten. Bij een zorgvuldige behandeling kunnen deze aantrekkelijke dieren buitengewoon tam worden.
Voeding.
Chinchilla's moeten per dag ongeveer 60-85 gram voedsel hebben. Geef hen een goede kwaliteit hooi, appel, knol, verse groente, zaden en twijgjes (niet bespoten) te eten.
Drinkwater moet steeds voldoende aanwezig zijn.
Het dier heeft weinig water nodig, maar zorg wel dat het beschikbaar is.
Hanteren.
Chinchilla’s zijn van nature vriendelijk en alert, en reageren goed op veelvuldig en voorzichtig hanteren voor korte perioden. Een chinchilla moet worden vastgehouden zoals aangegeven op de afbeelding (rechts), met één hand over de schouder van het diertje en de andere als ondersteuning van zijn romp. Vermijd elke plotselinge beweging die de chinchilla bang zou kunnen maken en een scherpe beet uitlokken.
Onderkomen.
Chinchilla-kooien kunnen binnens- of buitenshuis staan, doch beschutting tegen vocht, tocht en extreme temperaturen is noodzakelijk.
1 Kooi gemaakt van gaas met een houten frame (voorzien van draad om knagen tegen te gaan). Afmetingen 75 X 75 X 120 cm.
2 Houten nestdoos (hoog aanbrengen).
3 Grote tak voor beweging.
4 Omgekeerde waterfles.
5 Zware voedselkom.
6 Houten bodem met zaagsel of houtwol. Of een bodem van 1 cm gaas, met daaronder een afvalbak die kan worden verwijderd.
7 Stofbad.
Baden.
Het dier moet minstens eenmaal per week een stofbad kunnen nemen in een bad van 30x20x10 cm. Geef het daarvoor een laag van 2 ½ cm fijne poederklei of zand. Zet het bad gedurende een half uur vóór het voeren in de kooi.