(geb. 1908) Nederlands landbouwdeskundige en politicus, was na studie aan de Koloniale Landbouwschool te Deventer o.a. werkzaam op Java. Van 1945-57 minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening (PvdA), waar- na hij vice-voorzitter werd van de Europese Commissie (1958-72).
Kwam in 1968 met het zgn. plan-Mansholt, voor reorganisatie van de Europese landbouw. Schreef n.a.v. het Rapport van de Club van Rome het zgn. rapport-Mansholt, waarin zijn betrokkenheid met o.a. het milieu tot uiting komt. In 1972 voorzitter van een Commissie van PvdA, D'66 en PPR voor de toekomstige politiek van Nederland (commissie- Mansholt). Van 1972-73 voorzitter van de Europese Commissie.