Het juiste woord

Dr. L. Brouwers (1928)

Gepubliceerd op 20-03-2024

Doden

betekenis & definitie

Werkwoord: doden, iem. de dood aandoen, ontzielen, ontlijven, iem. aflijvig maken, iem. naar het leven staan, het op iemands leven toeleggen, een aanslag doen op iemands leven, iem. het leven benemen (ontnemen), iemands levensdraad afsnijden, iem. het levenslicht uitblazen, iem. om het leven brengen, iem. van het leven beroven, iem. voor zijn tijd onder de aarde brengen, iem. in het veen sturen, moorden, vermoorden, afmaken, kapotmaken, doodmaken, doodkrijgen, dooddoen (Zn.), doodmartelen, lynchen, ter dood brengen,

een moord plegen (begaan) op iem., kort recht met iem. spelen (Zn.), iem. ad patres zenden, iem. naar zijn grootje sturen, iem. om een luchtje helpen (zenden), iem. van kant maken (helpen), expediëren, wegrukken, iem. het licht uitblazen, iemands lamp uitblazen, iem. naar de andere wereld zenden (helpen), om hals brengen, een ongeluk begaan aan iem., iem. koud maken, ombrengen, iem. een mannetje minder maken, iem. geen kwartier gunnen, iem. uit dé weg ruimen, massacreren (..kreren), meeslepen, ramponeren (Zn.).

doodslaan, slaan (Zn.), nekken, doodranselen, doodschoppen, doodstampen, doodtrappen, iem. de hals (nek) breken, kelen, iem. de kop indrukken, iem. de hersens inslaan, iem. de ruggegraat breken, doodbranden, doodrijden, doodjagen, iem. laten doodhongeren, vergeven, wurgen, worgen, verwurgen, verworgen, doodnijpen, doodknijpen, dooddrukken, straguleren, iem. de keel afwurgen, iem. bij de keel hebben, iem. de keel toenijpen, iem. de keel toebinden (toewringen), iem. de hals (de keel, de nek) omwringen (omdraaien), iem. de hartader afwurgen (afworgen), doodbijten, ophangen, opknopen, stikken, verstikken, asfyxiëren, smoren, versmoren, verdrinken, verzuipen, iem. de voeten spoelen, stenigen, doodsmijten, doodgooien, onthalzen, onthoofden, iem. een kopje kleiner maken, iem. een hoofd kleiner (korter) maken, iem. het hoofd (de kop) voor de voeten leggen, koppen snellen, scalperen (skalperen), doodsteken, overhoopsteken, overhoopstoten, omversteken, neersteken, neerstoten, nedersabelen, iem. de hals (de keel, de gorgel, de strot) afsnijden (afsteken), iem. het hart (de hartader) afsteken, iem. als een gans aan het braadspit steken, doodschieten, nederschieten, neerkogelen, iem. een huzarenboon geven, iem. een lood schenken, omverschieten, overhoopschieten, fusilleren 807, elektrokuteren (electrocuteren), verdelgen, vellen, uitmoorden, verwoesten, afmaaien, wegmaaien, bloed vergieten, een bloedbad aanrichten.

zich zelfmoorden, zelfmoord plegen, zich aanstrijken, een einde aan zijn leven maken, de dood zoeken, zich in de armen des doods werpen, zich aan zich zelf vergrijpen, zich zelve aantasten, de handen aan zich zelf slaan, zich verdoen, zich te kort doen, zich de dood aan iets drinken, de giftbeker drinken (ledigen), zich verhangen, zich een kogel door het hoofd jagen, zich voor (door) het hoofd (de kop) schieten.

er aan moeten, door mensenhand vallen (komen, sterven), gemold worden.

Adjectief: moorddadig, suïcidaal.

Naamwoord: doding, terdoodbrenging, aanslag op iemands leven, moordaanslag, moord-

poging, moorderij, moordgeweld, moord, moord met geleider lage, nekslag, manslag, doodslag, coup de grâce, doodsteek, slachtbank, slachting, bloedvergieting, bloedstorting, bloedbad, bloedtoneel, massacre, moordtoneel, moordkuil, pogrom, genocide, roofmoord, sluipmoord, lustmoord, nekschot, elektrokutie, lapidatie, harakiri, oudermoord, vadermoord, moedermoord, kindermoord, broedermoord, zelfmoord, zelfverbranding, zelfdoding, noodmoord, massamoord, doodsdrift, bloedschuld, moordrumoer, moordgeroep, moordgeschreeuw, moordgeschrei, moordkreet.

moordenaar, -ster, moordenares, engeltjesmaakster, sluipmoordenaar, wurger, zelfmoordenaar, -ster, zelfmoordenares, doodslager, giftmenger, -ster, massamoordenaar.

moordtuig, moordwapen, moorddolk, slachtmes, moordstaal, moordpriem, moordbijl, worgkoord.

< >