Tiridātes - Τιριδάτης, parthische en armenische koningsnaam. 1) Arsaces II Tiridates (248–211) breidde het door zijn broeder Arsaces I gestichte staatje uit en werd de grondlegger der parthische macht. Zie Arsaces.—2) Tiridates, een Parth, trad als mededinger op van den ontaarden koning Arsaces XV Phraātes IV, den moordenaar van zijn eigen vader Arsaces XIV Orōdes I.
Tiridates werd tot koning uitgeroepen (± 34), doch met scythische hulp door Phraates weder verdreven, waarop Tir. hulp zocht bij Augustus (26). Er kwam echter een vergelijk tot stand, waarbij Phr. de kroon behield.—3) Tiridates, broeder van Arsaces XXIII (of XXIV) Vologeses I, werd door dezen met het veroverde Armenië begiftigd, doch de Rom. kwamen tusschenbeide, Vologeses werd verslagen, en Tir. kreeg Armenië wel, maar als rom. vasal uit de hand van Nero (66 na C.).—Er zijn nog meer armenische vorsten van dezen naam geweest, waaronder Tir.
III of de Groote, die omstreeks 300 het christendom in zijn rijk invoerde.