Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 09-06-2019

Patroclus

betekenis & definitie

Patroclus - Πάτροκλος, zoon van Menoetius, den koning van Opus. Nog zeer jong doodde hij bij ongeluk zijn speelmakker Clysonymus (z. a.), en om hem aan de wraak van diens bloedverwanten te onttrekken, bracht Menoetius hem bij Peleus. Hij werd met Achilles opgevoed, werd zijn boezemvriend en wapenbroeder, ging met hem naar Troje en werd daar door Hector gedood, z.

Achilles.

< >