Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 18-06-2019

Hippothous

betekenis & definitie

Hippothous - Ἱππόθοος, 1) vader van Aepytus no. 2.—2) zoon van Priamus.—3) van Larīsa, bondgenoot der Trojanen, door Ajax no. 2 gedood.

Ἱπποτοξόται, een politiemacht van bereden boogschutters te Athene; men gebruikte hiervoor staatsslaven. In het begin van den peloponnesischen oorlog was hun aantal 200.

< >