Spartacus - Aanvoerder van de slavenopstand in Italië van 73 tot 71 v.C., de grootste uit de Romeinse geschiedenis. Spartacus was een Thrakiër, waarschijnlijk een lid van het koningsgeslacht van de Spartokiden en door een of ander ongeluk in de slavernij terechtgekomen.
In de beruchte gladiatorenschool van Capua leerde hij het zware wapenbedrijf en zocht van daaruit de vrijheid. In korte tijd verzamelde hij een leger van Thrakische, Keltische en Germaanse slaven, waarmee hij twee Romeinse legers versloeg. Hij plunderde Zuid-Italië en trok steeds meer slaven uit de grote latifundia aan. Hij werd meester van Lucania en Bruttium. In 72 v.C. verloor hij zijn Keltische bondgenoot Krixus, doch versloeg nog drie Romeinse legioenen. Daarna trok hij naar het noorden van Italië en bereikte er Cisalpijns Gallië, vanwaaruit hij zijn leger naar Thrakië wilde leiden of zijn legerbenden de kans geven naar hun respectievelijke landstreken terug te keren. Zij verkozen evenwel hun plundertochten voort te zetten. Spartacus wilde hen niet in de steek laten en zakte opnieuw naar het zuiden af. Weer versloeg hij twee Romeinse legioenen en verwoestte Lucania. Vandaaruit zou hij krachtens een geheime overeenkomst met piratenleiders, met hun vloot, oversteken, naar Africa via Sicilië, waar hij binnengevallen zou zijn, indien de beloofde piratenvloot op de afspraak was verschenen. Bij Thurioi wachtte hij tevergeefs. In 71 v.C. moest Spartacus het afleggen tegen Crassus in het uiterste zuiden van Italië, meer nog aangezien Pompeius uit Spanje was teruggekeerd. Gevangen tussen twee fronten werd het opstandelingenleger verslagen, bij Peteleia in de omgeving van Kroton. Verspreide eenheden raakten nog in Lucania waar zij vernietigd werden. Nooit heeft men met zekerheid geweten of Spartacus is gesneuveld of met de nog levende krijgsgevangen slaven aan een van de duizenden kruisen werd geslagen en tentoongesteld langs de via Appia, van Capua naar Rome.
Nawerking: Spartacus, roman door Howard Fast, Amsterdam 1954.