Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Renswoude

betekenis & definitie

Ned. gemeente in de prov. Utrecht.

Behoorde in de 14e eeuw tot het gebied van Rhenen, vormde een zgn. gemene weide, waar de burgers van deze stad hout mochten hakken en hun vee mochten weiden. De landstreek werd 1345 door Rhenen verkocht aan de Utrechtse bisschop Jan iv van Arkel. Door vererving kwam Renswoude achtereenvolgens aan verschillende geslachten tot Philips, baron van Hamal, het 1623 aan → Johan van Reede, domdeken te Utrecht, verkocht. Deze stichtte 1654 het kasteel Renswoude op de plaats van een vroeger kasteel De Borgwal. dat 1536 door de Staten van Utrecht als ridderhofstad was erkend. Bij dit kasteel ontstond het dorp Renswoude.LITT. M.J.L.Taets van Amerongen, De Hooge en Vrije heerlijkheid van Renswoude en Emmickhuyzen (1914); M.J.L.Taets van Amerongen, Renswoude (in: Mbl. OudUtrecht 1955); S.Laansma, Renswoude (1966); E.J.Wolleswinkel. Het ontstaan van het gerecht van Renswoude en Emmikhuizen (in: Jb. Oud-Utrecht 1976).

< >