groothertogdom; strekte zich eertijds uit over het huidige Luxemburg, de Belg. prov. Luxemburg, gebieden in het huidige Frankrijk (Montmédy.
Marville, Damvillers, Thionville) en in de huidige BRD (Kronenburg. Bitburg). De oorsprong van Luxemburg gaat terug tot een in 963 gebouwde burcht. Als stichter van de gravendynastie geldt Siegfried van de Ardennen (963-98?). De graven van Luxemburg, uit het Huis van Ardennen, regeerden tot 1136, toen viel Luxemburg door erfenis ten deel aan → Hendrik II (IV) de Blinde, graaf van Namen. Vooral de regering van zijn dochter → Ermesinde II is van betekenis geweest.
Luxemburg werd 13.3.1354 door keizer Karel IV verheven tot hertogdom. Hij gaf het aan zijn broer → Wenzel (Wenceslas). man van Johanna van Brabant. Deze schonk het 13.8.1411 aan → Elisabeth van Görlitz, die gehuwd was met → Anton van Bourgondië.In 1441 werd Filips de Goede van Bourgondië door Elisabeth als ruwaard erkend en 1443 deed zij afstand van Luxemburg tegen een lijfrente. Sedertdien werd Luxemburg ingelijfd bij de Bourgondische erflanden en later bij die der Habsburgers. Tijdens Albrecht en Isabella maakte de ijzerwinning in Luxemburg belangrijke vorderingen (eerste hoogoven in 1609 te Dommeldange). Het hertogdom had zwaar te lijden van de oorlogen van Lodewijk xiv en verloor bij de Vrede der Pyreneeën (1659) de plaatsen Thionville, Montmédy en Yvoix. Na de → Spaanse Successieoorlog kwam Luxemburg terug aan Oostenrijk en kende een belangrijke economische opgang. Luxemburg nam geen deel aan de → Brabantse Omwenteling tegen Jozef II.
In 1795 viel Luxemburg in handen van de Fransen en werd het hertogdom omgevormd tot het Franse ‘Département Des Forets'. Tijdens de Franse bezetting ontstond de zgn. ‘Guerre des Gourdins’ uitgelokt door de antikerkelijke maatregelen en de conscriptie. In 1815 wees het Wener Congres Luxemburg toe aan de Ned. koning Willem I (tevens lid van de Duitse Bond) en werd het verheven tot groothertogdom. Na de Belg. Omwenteling van 1830 hield het → Verdrag der Achttien artikelen (juni 1831) rekening met de rechten van België op geheel Luxemburg, doch na de → Tiendaagse Veldtocht werd Luxemburg door het → Verdrag der Vierentwintig artikelen (okt. 1831) tussen België en Nederland verdeeld: Duits Luxemburg zou als groothertogdom aan Willem I blijven toebehoren; Waals Luxemburg werd toegewezen aan België. Willem I heeft zich echter tegen deze regeling verzet tot in maart 1838; in Luxemburg en in heel België ontstond trouwens ook weerstand tegen het verlies van Duits Luxemburg, zodat de verdeling effectief pas in 1839 doorging.
Op 12.10.1841 ontving het groothertogdom zijn eerste grondwet van de koning en groothertog Willem II. De opheffing van de Duitse Bond in 1866 leidde tot internationale verwikkelingen: → Luxemburgse kwestie.
Na de dood van Willem III, in 1890, ontbrak het in Nederland aan een mannelijke erfopvolger en werd Luxemburg, op basis van de successiewet van 1783, toegewezen aan een zijtak van Nassau, nl. aan → Adolf, die regeerde van 1890-1905. Zijn zoon → Willem IV (1905-12) overleed echter ook zonder mannelijke afstammeling; op basis van de Gewijzigde Successiewet van 1907 werd hij opgevolgd door zijn oudste dochter → Maria Adelheid. In 1914 werd Luxemburg door de Duitsers bezet. In 1919 deed Maria Adelheid troonsafstand ten voordele van haar jongere zuster → Charlotte. Tijdens haar regering werd op 1.5.1922 de → Belg.-Luxemburgse Economische Unie (BLEU) gesloten. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Luxemburg bij Duitsland ingelijfd, terwijl de groothertogelijke familie uitgeweken was.
Na de bevrijding sloot Luxemburg zich aan bij de → Benelux. Op 10.8.1952 werd de stad Luxemburg de zetel van de Hoge Autoriteit van de EGKS. Bij akte van 28.4.1961 werd erfgroothertog → Jan benoemd tot stadhouder van Luxemburg; hij volgde 12.11.1964 zijn moeder als staatshoofd op.
POLITIEK. De christen-democraten, die de Luxemburgse politiek 55 jaar lang hadden bepaald, leden bij de parlementsverkiezingen van mei 1974 een zware nederlaag. De verkiezingen stonden in het teken van de inflatie, de legalisering van de abortus en de agrarische hervorming. Tevens was de stemgerechtigde leeftijd van 21 op 18 jaar gebracht. De liberaal G .→ Thora. die voorheen minister van Buitenlandse Zaken was en wiens partij de grootste stemmenwinst had geboekt, vormde een coalitie met de socialisten. De verkiezingen van 10.6.1979 werden gewonnen door de christelijk-sociale partij van Pierre → Werner. Deze vormde een christelijk-sociale-liberale regeringscoalitie.
Litt. N.van Werveke, Die Erwerbung des Luxemburger Landes durch Anton von Burgund (1891); A.Lefort. Histoire du Département des Forèls (1905); N.van Werveke, Kulturgesch. des Lux. Landes (2 dln. 1923—26): J.Meyers, Aus der Vor- und Frühgesch. Luxemburgs (1933); A.Calmès. Hist. contemp. du Grand Duche de Luxembourg (5 dln. 1932-57); J.Mcrsch. Les rois des Pays-Bas, grands-ducs de Luxembourg (Biogr. nat. du pays de Luxembourg, 1958).