1. vergunning tot het drijven van een bepaalde handel:
2. in de NoordNed. Republiek belasting geheven door de admiraliteit (→ convooien en licenten):
3. het verlofgeld dat geheven werd voor handel met de vijand. Lichtenbergers en Lokhorsten, in de Ned. geschiedenis de partijen die in de 14e-15e eeuw elkaar bestreden in het Sticht en de stad Utrecht. Eerstgenoemden ontleenden hun naam aan een aanvoerder. Jacob van Lichtenberg (ca.1300) en waren de Hollandsgezinde edelen; de andere partij ontleende haar naam aan de domproost Herman van Lokhorst (begin 15e eeuw) en werd gevormd door de stedelijke gilden. In het → Utrechts Schisma (1423 49) steunden de Lokhorsten de kabeljauwse kandidaat Zweder van Kuilenburg en de Lichtenbergs-Hoekse factie Rudolf van Diepholt. maar de Lokhorsten dolven het onderspit (1433) toen → Filips de Goede van Bourgondië de adel ging steunen. De strijd tussen Lichtenbergers en Lokhorsten loopt parallel met die van → Hoeken en Kabeljauwen in Holland.
