Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Liberalisme

betekenis & definitie

richting die persoonlijke vrijheid verlangt en gekant is tegen heerschappij van vooropgestelde dogma’s, daarbij in de staatkunde grondwettelijk staatsbestuur verlangt, met ruime deelneming van de burgers aan het bestuur, terwijl het in het verleden op economisch gebied opkwam voor de vrije ontwikkeling van de macht van de burgerij (bourgeoisie). Het liberalisme gaat terug op de ontdekking van de mens als individuele persoonlijkheid tijdens de renaissance en ontwikkelde zich sterk in de 18e eeuw onder invloed van de denkbeelden van de Verlichting.

Op economisch gebied streefde het liberalisme naar vrijheid van de ondernemer en steunde daarbij op Adam Smith’s An Inquiry into the Nature and Causes of the Wealth of Nations (1776) (de leer van de staatsonthouding, het laissez faire ). De naam liberalen werd het eerst gebruikt in Spanje als partijnaam voor de voorstanders van de GW van Cadiz (1812). welke naam door burgerlijke democraten in Europa werd overgenomen. De veel geroemde vrijheid van de ondernemer bleek echter ernstige schaduwzijden te hebben en de opkomst van het socialisme en de vakbeweging, die sociale en economische zekerheid hoger waardeerden, leidde tot sterke achteruitgang van het liberalisme als politiek-economische theorie. Het liberalisme van na de Tweede Wereldoorlog erkent de regulerende functie van de staat in het sociale en economische leven, al blijft het zich verzetten tegen staatsalmacht.LITT. J.Stuart Mill. On liberty (1859); C.T.Hobhouse. Liberalism (1910); H.Krabbe. De moderne staatsidee (1915); A.Carthill. The legacy of liberalism (1924); J.A.Eigeman, de lib. gedachte (1927); G.de Ruggiero, Gesch. des Liberalismus in Europa (1930); K.E.van de Mandele.

Het liberalisme in Nederland (1933): H.J.Laski. The rise of European liberalism (1937); A.Liebert. Der Liberalismus als Forderung. Gesinnung und Weltanschauung (1938): J.S.Theissen. Voorgesch. van het liberalisme in Nederland (1939): B.Meissner, Demokratie und Liberalismus in ihrem Verhältnis (1941); E.Mireau. Philosophie du liberalisme (1950): Der liberale Gedanke (bloeml. van teksten, samengesteld door M.Freund, 1958).

< >