Noordned. rechtsgeleerde, *ca. 1515 Delft, ✝ 12.3.1570 Brussel. Werd 1544 pensionaris van Delft; 1560 landsadvocaat van Holland.
Hoewel hij de rooms-katholieke leer trouw bleef, ondersteunde hij prins Willem van Oranje, de stadhouder en de Staten in hun bezwaren tegen de ketterplakkaten. Ook meende hij dat de Staten terecht het recht opeisten op eigen initiatief bijeen te komen om daarbij zelf te mogen beslissen over de samenstelling der Ridderschap, zoals in het rekest van de Staten. 1566 aan de regering te Brussel gericht werd gesteld. Werd 1568 op last van de hertog van Alva gevangengenomen en voor de Raad van Beroerten gedaagd; stierf in de gevangenis.