(gekozenen), tijdens de Middeleeuwen de vertegenwoordigers van de 5 Utrechtse kapittels (van de Dom, Oudmunster, St.Pieter. St.Jan, St.Marie). die het eerste lid van de Staten van Utrecht vormden.
Tijdens de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden vormden zij nog het eerste lid, doch nu als Hervormde afgevaardigden van de bezitters der voormalige kerkelijke goederen. gekozen door ridderschap en kleine steden op voordracht van de Utrechtse vroedschap (regeling van 1618). Op de verkiezing was de ‘approbatie', de goedkeuring van de stadhouder vereist; bij het regeringsreglement van 1674 kwam de keuze geheel aan de stadhouder. Dit bleef zo tot de dood van Willem III. In 1747, bij de verheffing van Willem IV, werd het Utrechtse regeringsreglement hersteld.Litt. R.Fruin, H.T.Colenbrander, Gesch. der staatsinstellingen in Nederland (2c dr. 1922); S.J.Fockema Andreae. De Ned. staat onder de Republiek (1969).
