Ned. koloniaal bewindsman. *1608 Amsterdam, ✝ (schipbreuk) 1661. In dienst van de voc; 1645 gouverneur van Malakka; 1647 van Ambon: 1651 raad van Indië.
Handhaafde onmeedogend het specerijmonopolie van de voc op de Molukken, mede door → hongitochten: onderdrukte 1650 op bloedige wijze de grote nationale opstand op de Molukken: 1656 naar Batavia teruggeroepen; nam een werkzaam aandeel in de oorlog tegen Bantam; 1657 voorzitter van de Raad van Justitie. Op de terugreis naar Nederland als admiraal van een retourvloot, verging zijn schip met man en muis.