d. i. de Bliksem, koning van Macedonië, oudste zoon van PtolomeüsSoter I, verliet Egypte toen Ptolemeüs Philadelphns, zijn broeder, tot troonopvolger verklaard werd (285 v. Chr.).
Hij vermoordde Seleucus, die hem in Macedonië ontvangen had, liet zich uitroepeu als koning van Thracië en Macedonië (281), gaf ter zee de uederlaag aan Antigonus Gonatas, een zijner mededingers, ontdeed zich van de overigen zonder eenigen verderen strijd, trouwde met zijne zuster Arsinoë, de weduwe van Lysimachus, liet de twee zonen Ier dood brengen, die zij dien vorst gebaard had, en bracht haar reeds spoedig in de noodzakelijkheid om naar Egypte te vluchten, waar zij de vrouw werd van Philadelphns. Na anderhalf jaar geregeerd te hebben, sneuvelde P. in eenen veldslag tegen de Galliërs, die aangevoerd werden door Betgius (279 v. Chr.).