Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Jean de bueil

betekenis & definitie

raad en kamerheer van koning Karel VI van Frankrijk, sneuvelde 1415 in den slag van Agincourt, na wonderen van dapperheid verrigt te hebben. Zijn zoon B. (Jean de), graaf van Sancerre, bijgenaamd de »Geesel der Engelschen”, droeg met Jeanned'Arc veel bij lotdebevrijdingvanOrlcans, vergezelde Karel VII naar Reims, en woonde verscheidene merkwaardige belegeringen bij; wegens zijne diensten werd hij verheven tot admiraal.

Bij Lodewijk XI in ongenade gevallen, nam B. deel aan den oorlog genaamd du Bien-Public, doch verzoende zich met den koning 1469, en stierf 1480. Zie RACAN.

< >