Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Jacq. bongars

betekenis & definitie

geleerd criticus, geb. 1546, gest. 1612, tot de leer van Calvijn behoorende, was raadsheer en maître d’hotel van Hendrik IV,en deed hem zeer goede diensten als onderhandelaar bij de duitsche hoven. Men heeft van B. eene verzameling der kruistogten,getiteld : Gesla Dei per Francos (Hanau 1611); Collectio Hungaricarum rcrum scriplorum (Frankfort 1600); enz.

< >