een neger uit het binnenland van Afrika, geb. omstr. 1805, werd door een amerikaansch zendeling uit zijn geboorteland medegenomen naar New-York, en daar in de christelijke leer grootgebracht. In zijn vaderland teruggekeerd, had hij velerhande lotgevallen te doorstaan, totdat het hem gelakte zich aan boord van een schip te bergen, waarmede hij terugkeerde naar Amerika : daar werd hij toen aangesteld als predikant bij eene christelijke neger-gemeente.
Doch al spoedig dreef zijn natuurlijke aanleg voor hel tooneel hem op de planken: hij debuteerde te New-York, en won dermate de gunst van het publiek, dat de Politie zich reeds spoedig verplicht zag, ten einde buitensporigheden te beletten, zijne verdere optreding te verbieden. In 1833 kwam hij tiaar Engeland, methetdoelom zijne theologische studiën te voltooien. Doch andermaal liet hij zich door zijne voorliefde voor het tooneel van de godgeleerdheid aftrekken; na veel moeilijkheden gelukte het hem in de rol van »Othello” op te treden, vervolgens speelde hij »Macbetk” en <Shylock", werd met klimmende geestdrift door het publiek begroet, en speelde eenigen lijd in CoventGarden. Vervolgens bezocht hij als acteur de voornaamste steden van Groot-Britannié, kwam toen naar het vasteland, gaf van 1852 tot 1800 geregeld voorstellingen te Brussel, Keulen, Berlijn, Pesth, Weenen, enz., en oogstte overal lauweren.