Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Hizkia

betekenis & definitie

1) koning van Juda (725—699 v. Chr.), zoon en opvolger van Acbas, herstelde de in verval geraakte eeredienst van Jehova, voerde met goed gevolg oorlog tegen de Philistijnen, doch had moeite zich staande te houden tegen de Assyriers onder Sanherib.

Door den profeet Jezaia van eene doodelijke ziekte genezen, regeerde hij nog 15 jaren, en maakte zich jegens Jeruzalem verdienstelijk 'door het aanleggen van eene waterleiding. Men vindt hem vermeld in de volgende kapittels van het O. T.: II Kon. 16, 18, 19, 20, 21; I Chron. 3, 4; II Chron. 29, 30, 32; Spr. 25; Jezaia 1, 36, 37, 38, 39; Jerem. 26; Hoz. I.2) zie JEHIZXIA.
3) vier verschillende personen in het O. T.: IChron.3:23; Ezra 2: 16; Neb. 7 : 21; 10: 17: Zeph. 1 : 1.

< >