(prins), oudste zoon van Lucien Bonaparte (zie het vorige art.), voerde tot zijns vaders dood 1840 slechts den titel van prins van Musignano; hij was geb. 24 Mei 1803, trad na volbragte studiën 1822 te Brussel in den echt met zijnen nichtZenaïde (gest. 8 Aug. 1854), dochter van den ex-koning Jozef, ging met haar naar zijnen schoonvader, die in de Vereenigde Staten woonde, en gaf daar in het licht zijn American Ornithology (Philadelphia 1825), Ornithology of North-America (1826), enz.; 1830 in Italië teruggekeerd, vestigde hij zich te Rome, bragt 16 jaren uitsluitend met wetenschappelijken arbeid door, en was voorzitter van een aantal geleerde genootschappen; doch 1847 op een wetenschappelijk congres te Venetië veroorloofde hij zich eenige staatkundige toespelingen, en werd deswege door het oostenrijksche gouvernement uitgewezen. Aanvankelijk een vereerder van paus Pius IX begon bij later meer tot het radicalismus over te hellen, en stelde zich in Nov. 1848 aan het hoofd derrepublikeinsche partij.
Hij werd lid en herhaalde malen vice-president der romeinsche constituerende vergadering. Vervolgens genoodzaakt te vlugten, nam hij de wijk naar Frankrijk, van daar naar Engeland, leefde sedert 1852 stil te Parijs, en stierf aldaar 29 Julij 1857. Van zijne vele verdienstelijke natuurk. werken noemen wij nog : honografia delta fauna italica (3 dln. Rome 1833—41), en Conspectus generum ovium (dl. 1, 2, Leyden 1850); want hij bragt ook nog eenigen tijd te Leyden door. Van de 12 kinderen, in zijn huwelijk door hem verwekt, overleefden er hem acht, waaronder drie zonen, nl. prins Jozef (geb. 13 Febr. 1824 te Philadelphia, bekend door zijne linguistische studiën, inzonderheid over de taal der Basken); prins Lucien (geb. 15 Nov. 1828, priester en geheimkamerheer van den paus); en prins Napoleon (geb. 5 Febr. 1839, sedert 1859 gehuwd met eene dochter van prins Ruspoli).