Chorea minor (in tegenstelling tot sommige vormen, die als chorea major werden beschreven), Chorea Sancti Viti (zoo geheeten wijl de H. Vitus of St.
Veit daartegen werd aangeroepen), een in den lateren kinderleeftijd vooral bij meisjes optredende zenuwziekte, die zich kenmerkt door onwillekeurige, onregelmatige en snelle samentrekkingen van sommige spieren of spiergroepen, zoodat allerlei zonderlinge bewegingen worden gemaakt, als vreemdsoortige trekkingen in het gelaat, slingerende en draaiende bewegingen van romp en ledematen, slaan met armen en beenen in de lucht, plotselinge trekkingen in de vingers, belemmerde spraak enz.; daarmee gaat veelal gepaard een groote prikkelbaarheid, een slecht humeur, terwijl de verschijnselen bij hevige gemoedsaandoeningen en wanneer de lijders bemerken, dat op hen gelet wordt, toenemen. Door onkundigen wordt een aan V. lijdend kind in den eersten tijd der ziekte dan ook dikwijls onverdiend gestraft, zoowel wegens de verschijnselen der ziekte (b.v. op school),.als om de prikkelbaarheid. De bewegingen houden in den slaap op. Ook andere functies gaan soms achteruit, b.v. het intellect. Oorzaak niet met zekerheid bekend; waarschijnlijk een aandoening van het verlengde merg en ruggemerg. De V. is in de meeste gevallen bij goede behandeling geneeslijk; instorting of terugkeer der verschijnselen komt echter dikwijls voor.
Thuishouden van school is gewenscht, omdat andere kinderen het zieke kind plagen en sarren (waardoor het lijden verergert) en verder gaarne de zonderlinge bewegingen nabootsen, zoodat er in scholen inderdaad kleine epidemieën van V. voorgekomen zijn. Er kwam een groote epidemie voor in de 15e eeuw, in 1418 in Straatsburg, in 1463 in Metz. Het onderzoek heeft aangetoond, dat het tarentisme (dat men vroeger toeschreef aan den steek der tarantel, zie aldaar) en de danswoede der Ethiopiërs vormen van St. Vitusdans zijn geweest.Behalve deze ware chorea heeft men ook nog symptomatische vormen, die als verschijnsel van eerr ander lijden optreden. Dikwijls lijdt slechts één lichaamshelft (hemichorea), en dan meest de linker. Een bijzondere vorm van V. is die, welke wel bij zwangere vrouwen optreedt (Chorea gravidarum); vooral bij jeugdige eerstbarenden. Een andere bijzondere vorm is de Chorea electrica of myoclonie, waarbij enkele bliksemsnelle spiertrekkingen optreden. De Huntinglon’sche Chorea is een ongeneeslijke, erfelijk en familiair voorkomende vorm, die bij ouderen of grijsaards optreedt en na 10 tot 30 jaar met den dood eindigt.
Behandeling: lichamelijke en geestelijke rust, versterkend dieet, bestrijding der verschijnselen door electriciteit, baden en massage, in zware gevallen toediening van arsenicum, antipyrine en broomkalium.